Berekeningen koppelen in Uniec 2.1

Berekeningen koppelen in Uniec 2.1

Met regelmaat hebben gebruikers ons verzocht om een functie waarmee gegevens uit berekeningen met elkaar gedeeld kunnen worden. Deze wens komt vooral naar voren bij projecten met diverse woningtypes. Door gegevens met elkaar te delen kan het effect van maatregelen op de EPC direct voor alle woningtypes berekend worden.

In Uniec 2.1 is deze functie geïntroduceerd onder de noemer ‘koppelen’. Met deze nieuwe functie is het mogelijk om bouwkundige en installatietechnische uitgangspunten te wijzigen in één berekening en direct het effect op de EPC in alle gekoppelde berekeningen (woningtypes) te krijgen. De functie ‘koppelen’ is alleen beschikbaar voor woningbouwberekeningen. Deze nieuwsbrief bevat informatie over de werkwijze.

Om de koppelfunctie te gebruiken navigeert u naar ‘algemene gegevens’. Onderaan de pagina vindt u de nieuwe functie ‘berekeningen koppelen’. Er kan gekozen worden tussen bouwkundig koppelen en w-installaties koppelen (of allebei).

Bouwkundig koppelen

Indien u de functie ‘bouwkundig koppelen’ activeert, worden alle constructies van het scherm ‘bouwkundig’ (vloeren, gevels, daken, ramen, deuren en lineaire constructies) automatisch gekopieerd naar alle bestaande of nog te maken berekeningen in de projectmap. Wanneer in één van de gekoppelde berekeningen een bouwkundige constructie wordt toegevoegd, verwijderd of gewijzigd wordt dit automatisch verwerkt in alle gekoppelde berekeningen.

Deze functie kan goed gecombineerd worden met de functie ‘kozijnmerken gebruiken’. In de eerste berekening worden dan niet alleen de kozijnmerken van het desbetreffende woningtype aangemaakt, maar alle kozijnmerken die in het project voorkomen. Deze kozijnmerken zijn dan automatisch beschikbaar in alle gekoppelde berekeningen.

Wanneer de uitgangspunten worden gewijzigd om te voldoen aan de EPC eis kan in één van de berekeningen bijvoorbeeld de Rc of U-waarde gewijzigd worden. Deze wijziging wordt automatisch in alle gekoppelde berekeningen doorgevoerd. Voor het effect op de EPC waarde gaat u naar de projectmap. Achter elk bestand wordt de actuele EPC waarde weergegeven.

W-installaties koppelen

Indien u de functie ‘w-installaties koppelen’ activeert, worden alle w-installaties (verwarming, warmtapwater, ventilatie en koeling) automatisch gekopieerd naar alle bestaande of nog te maken berekeningen in de projectmap. Alle w-installaties worden gelijk inclusief type en oriëntatie zonneboilers, douche-wtw, etc. De enige velden die niet worden gekoppeld worden zijn:

  • aantallen toestellen
  • leidinglengtes
  • inwendige diameter leiding naar aanrecht
  • ventilatiedebieten en vermogens

Deze velden dienen per berekening ingevoerd te worden omdat deze parameters afwijken per woningtype.

De koppelfunctie werkt optimaal wanneer deze direct geactiveerd wordt bij het aanmaken van een nieuw project. Onderstaand een voorbeeld hoe u gebruik kunt maken van de koppelfunctie bij een nieuw project.

U hebt een project met woningtype A, B en C en wilt voor dit project 2 concepten berekenen die beide voldoen aan de EPC eis. U gaat als volgt te werk:

  • Maak in de projectmap een submap aan en noem die bijvoorbeeld ‘concept 1’
  • Om woningtype A in te voeren kiest u voor ‘nieuwe berekening maken’ en activeert u de koppelfunctie.
  • Nadat woningtype A gereed is, maakt u woningtype B aan in dezelfde submap.
  • Deze berekening zal automatisch dezelfde uitgangspunten krijgen als woningtype A omdat de berekeningen in dezelfde (sub)map staan.
  • Hetzelfde doet u voor woningtype C.
  • Wanneer alle woningtypes zijn ingevoerd gaat u de uitgangspunten aanpassen totdat het concept voldoet aan de EPC eis. U gaat bijvoorbeeld naar het woningtype met de slechtste EPC waarde en wijzigt de bouwkundige en installatietechnische uitgangspunten totdat de berekening voldoet. De andere woningtypes wijzigen automatisch mee. Nadat u gereed bent met de slechtste woning, gaat u naar de (sub)projectmap en ziet u direct het EPC resultaat van alle woningtypes in de submap.
  • Voor het berekenen van het 2e concept kopieert u de submap en geeft u de gekopieerde map bijvoorbeeld de naam ‘concept 2’.
  • In deze submap wijzigt u de uitgangspunten bij de maatgevende woning totdat het EPC resultaat voldoet. Vervolgens gaat u naar de submap ‘concept 2’ en ziet u het EPC resultaat van alle woningtypes in de submap.

De koppelfunctie achteraf in een bestaand project activeren is mogelijk maar wanneer u hiervoor kiest moet u zich het volgende realiseren:

  • Alle bestanden in de desbetreffende projectmap worden met elkaar gekoppeld. Controleer voor activering of er bestanden in de projectmap zitten die niet gekoppeld moeten worden. Verplaats deze bestanden indien nodig naar een andere map.
  • Als er vergrendelde berekeningen in de map staan, worden deze ontgrendeld en gewijzigd.
  • Utiliteitsberekeningen mogen niet in dezelfde projectmap zitten en dienen eerst verplaatst te worden naar een andere map.
  • Het bestand waarin de koppelfunctie wordt geactiveerd wordt maatgevend. Alle andere berekeningen in dezelfde projectmap krijgen identieke uitgangspunten als het actieve bestand.
  • Na activering van de koppelfunctie zullen er in de gekoppelde bestanden een reeks foutmeldingen ontstaan die u handmatig moet nalopen. Dit betreft bijvoorbeeld het koppelen van de bouwkundige constructies aan de geometrie van de rekenzones. Loop de geometrie (scheidingsconstructies) in alle berekeningen in deze map handmatig na en koppel de juiste bouwkundige constructies aan de geometrie.